Bonnie St. Claire heeft de laatste jaren, al dan niet terecht, heel wat over haar heen gekregen. Daar zullen we het hier dan ook niet over hebben. Als zangeres heeft ze menig hit op haar naam gebracht, 29 in totaal, waarvan de voorlaatste met ‘Douwe’ in 1992 (#63), dus tijd voor een nadere kennismaking.
Bonnie (geboren als Bonje Cornelia Swart in Rozenburg op 18 november 1949), zong al op jonge leeftijd en maakte deel uit van het meisjes folktrio de Topsys. In 1966 zong ze een liedje mee tijdens een concert van Peter Koelewijn in Zeeland, die haar daarna verder onder zijn hoede nam. Hij kwam met de artiestennaam St. Claire, dat de naam van een stripfiguur was.
In 1968 nam ze haar eerste single op: ‘Tame me tiger’, waarbij ze werd begeleid door the Jets uit Utrecht. Het jaar daarop scoorde ze haar eerste hit met ‘Let me come back mama’ dat een weekje op #29 stond. In datzelfde jaar deed ze met ‘Ich weis das ich kein engel bin’ voor Duitsland mee aan de voorronde van het Eurovisie Songfestival. Niet zij, maar de Zweedse (!) zanger Siw Malmkvist mocht naar Madrid met het liedje ‘Primaballerina’ en eindigde negende.Nederlands
Haar eerste grote succes volgde in 1970 met het nummer ‘I won’t stand between them’ dat de zesde plaats bereikte. Twee jaar later verving ze Robert Long in de groep Unit gloria en scoorde daarmee drie hits, waaronder ‘Clap your hands and stamp your feet’ (#3 in 1972/1973). In 1976 was Bonnie voor het eerst te horen in het Nederlands. Eerst op de kerstsingle ‘Een heel gelukkig kerstfeest’, met diverse andere artiesten (#12), maar later dat jaar met ‘Dokter Bernhard’ dat de zesde plaats bereikte.
Songfestival
Het (Eurovisie) Songfestival kleeft aan Bonnie. Deed ze in 1969 mee voor Duitsland, het jaar daarop probeerde ze voor Nederland uit te komen met ‘Als manna’. Het waren echter de Hearts of soul met ‘Waterman’ die ons land mochten vertegenwoordigen. In 1977 deed Bonnie weer mee aan de nationale voorronde, nu met ‘Stop me’, dat het net niet redde. Ze werd tweede achter ‘De mallemolen’ van Heddy Lester.
tweede keer een hit
Meer dan dertig jaar ligt er tussen haar eerste hit ‘Let me come back mama’ en ‘Morgen wordt alles beter’, het duet met Gerard Joling. Voor Bonnie is het de tweede keer dat het nummer een notering krijgt. De eerste keer was in 1991, toen ‘Morgen wordt alles beter’ de twaalfde plaats bereikte. Daarnaast is het de tweede keer dat een nummer door haar in een andere uitvoering een hit wordt. ‘I won’t stand between them’ uit 1970, werd in 1983 opnieuw een hit (#44), nadat het opnieuw was ingezongen.vrienden
De notering nu voor ‘Morgen wordt alles anders’ dankt Bonnie aan Gerard Joling. Eind 2009 zong ze met hem tijdens de ‘Stout en Nieuw’ concerten in Ahoy in Rotterdam, het nummer ‘Dokter Bermhard’. De twee kennen elkaar al zo’n dertig jaar en enkele dagen na de show belde Gerard haar op, met het voorstel om ‘Morgen wordt alles anders’ samen op te gaan nemen voor het duettenalbum dat gekoppeld werd aan zijn jubileumalbum ‘Goud’. In Noordwijk namen ze in twee dagen de videoclip op. Biografie
Of er nu ook echt nieuw werk van Bonnie uitkomt, valt af te wachten. Gezien de reacties op het duet, is die kans best groot. Maar voorlopig heeft Bonnie het veel te druk met haar biografie, waarvoor ze eerst een ghostwriter wilde inhuren, maar nu besloten heeft het zelf te doen, omdat het ‘een persoonlijk boek’ moet zijn.
Bonnie heeft tijdens de Stout & Nieuw concerten van 2007 meegezongen in de show van Gerard, namelijk een hitmedley van haar zelf. Ook heeft ze dankzij Gerard meegezongen tijdens de toppersconcerten van 2008, waarbij ze wederom een hitmedley zong.
BeantwoordenVerwijderen